Blog
Geplaatst op vrijdag 31 maart 2017 @ 14:17 door Serpentor , 1036 keer bekeken
Een soldaat was op weg naar huis. Hij floot een vrolijk wijsje, want hij hoefde niet meer in het leger. Opeens zag hij onder een grote eikeboom een oude vrouw. "Kom eens hier, jongen," riep ze. "Ik kan jou heel rijk maken." De soldaat hield meteen op met fluiten. De oude vrouw was zo lelijk, dat hij zeker wist dat ze een heks was.
"Hoe kun je mij rijk maken, oude vrouw," vroeg hij, terwijl hij naar haar toe liep. De oude vrouw klopte op de stam van de eikeboom. "Deze boom is hol," zei ze. "En onder de boom zijn drie schatkamers. Ik ben te oud en te stijf om zelf naar beneden te klimmen. Maar ik kan wel een touw om je middel knopen en je naar beneden laten zakken. Dan kom je in een grote hal met drie deuren. Achter de eerste deur staat een kist vol koperen munten. De kist wordt bewaakt door een grote hond, die op het deksel van de kist zit. Maar je hoeft niet bang te zijn. Om de kist open te maken, hoef je alleen mijn schort op de grond te leggen en de hond erop te zetten."
"Koperen munten zijn niet veel waard," zei de soldaat. "Wat is er achter de tweede deur?" "Achter de tweede deur staat een kist met zilveren munten. Die wordt bewaakt door een nog grotere hond. Maar voor hem hoef je ook niet bang te zijn. Als je de hond op mijn schort zet, kun je het zilver zo pakken."
"En wat vind ik achter de derde deur?" vroeg de soldaat. "Een kist met gouden munten. Die wordt bewaakt door..." "Die wil ik hebben," riep de soldaat. En hij bond het touw rond zijn middel en klom in de boom. "Ik moet het goud zeker met je delen?" vroeg hij. "Nee, jongen, je mag het allemaal hebben," zei de oude vrouw. "Het enige wat je voor me moet meebrengen is mijn tondeldoos. Die heb ik de laatste keer dat ik beneden was vergeten mee te nemen. Hier is mijn schort. En vergeet vooral niet elke hond terug te zetten op zijn kist."
De oude vrouw liet de soldaat door de holle boom naar beneden zakken. De soldaat kwam, zoals de oude vrouw had gezegd, in een grote hal met drie deuren. Er brandden honderden kaarsjes in de hal. Langzaam maakte de soldaat de eerste deur open. Achter de deur stond een kist. "Oei," riep de soldaat. "De oude vrouw heeft me wel verteld dat elke kist door een hond wordt bewaakt, maar ze zei niet dat die hond ogen heeft zo groot als theeschoteltjes."
De soldaat legde het schort van de heks op de grond en tilde de hond erop. De hond likte zijn gezicht en knipperde met zijn grote ronde ogen. De soldaat deed de kist open en zag dat die tot de rand gevuld was met koperen munten. Maar hij liet het deksel weer vallen en tilde de hond weer op de kist. Hij was veel te nieuwsgierig naar de kist achter de tweede deur.
Achter de tweede deur stond ook een kist. Daarop zat een grotere hond met ogen zo groot als soepborden. "Oei, oei," zei de soldaat. En met veel moeite tilde hij de hond van het deksel. Hij deed de kist open en zag dat die tot de rand gevuld was met zilveren munten. Hij liet het deksel weer vallen, zette de hond terug op de kist en haastte zich naar de derde deur. Op de kist achter de derde deur zat een nog grotere hond. "Oei, oei, oei," zei de soldaat. "Deze hond heeft ogen zo groot als wagenwielen."
Eigenlijk was de soldaat wel geschrokken van die grote hond. Maar omdat de oude vrouw had gezegd dat hij niet bang hoefde te zijn, tilde hij het dier op en zette hem op het schort. Deze hond maakte de kist zelfs voor hem open... en de soldaat zag dat de kist echt gevuld was met gouden munten. De soldaat vulde al zijn zakken met gouden munten. Hij kon bijna niet meer rechtop lopen, zo zwaar was al dat geld. Met heel veel moeite zette hij de grote hond terug op de kist. Daarna ging hij op zoek naar de tondeldoos van de oude vrouw. En toen hij de tondeldoos had gevonden, stopte hij hem onder zijn pet.
Omdat de soldaat zo zwaar beladen was met goud, duurde het een hele tijd voordat de oude vrouw hem weer omhoog had getrokken. De soldaat sprong uit de boom op de grond. De oude vrouw vroeg hem meteen of hij de tondeldoos had gevonden. "Wat moet je met die tondeldoos, oude heks? Want volgens mij ben je een oude toverheks en anders niet," zei de soldaat. "Vertel me het geheim van de tondeldoos, anders houd ik hem zelf." "Dat doe je niet! Dat doe je niet!" schreeuwde de heks. Ze werd paars van woede en opeens spatte ze in duizend stukjes uit elkaar...
De soldaat liep verder en tegen de tijd dat hij in de stad kwam waar hij woonde, was hij de heks en haar tondeldoos alweer vergeten. Hij dacht alleen nog maar aan het goud en wat hij er allemaal voor zou kunnen kopen. De soldaat was nu de rijkste man van de stad. Hij kocht huizen, koetsen en paarden en een heleboel mooie kleren. Hij gaf iedere dag een feest... en als hij iemand tegenkwam die honger had, gaf hij hem geld. Maar toch kon de soldaat met al zijn geld niet alles kopen...
Hij wilde graag de mooie dochter van de koning ontmoeten, maar niemand mocht haar zien. Op een dag had namelijk een waarzegster voorspeld dat de prinses zou trouwen met een gewone soldaat. "Een gewone soldaat!" had de koning woedend geroepen. "Dan heb ik nog liever dat ze helemaal niet trouwt." En hij had de prinses in het paleis opgesloten. "Een gewone soldaat!" had de koningin nog gezegd. "Soldaten horen niet met een prinses te trouwen. En ze smijten met geld. Ik heb horen zeggen dat er een rijke soldaat in de stad woont. Maar let op mijn woorden: Binnenkort heeft hij geen enkel goudstuk meer op zak."
En de koningin kreeg gelijk. Na een jaar was al het goud van de soldaat op. Hij woonde weer net als vroeger op een zolderkamertje. Hij had zelfs geen geld meer om een kaars te kopen. Op een avond lag hij in bed te rillen van de kou. Opeens dacht hij aan de tondeldoos van de oude heks. "Daar kan ik vuur mee maken," dacht hij. "Dan steek ik wat stro aan.in de haard en dan kan ik me warmen." Hij pakte de tondeldoos uit zijn oude soldatenpet.
Hij sloeg vuur en op het ogenblik dat de vonken uit de vuursteen vlogen, stond de hond met de ogen zo groot als theeschoteltjes voor hem. "Wat beveelt mijn meester?" vroeg de hond. "Breng me wat geld," zei de soldaat. "Al is het maar wat kopergeld. Dan kan ik tenminste een kaars kopen." De hond verdween en een ogenblik later was hij terug met de kist vol koperen munten. De soldaat sloeg nog eens vuur en toen verscheen de hond met de ogen zo groot als soepborden. Die bracht hem snel de kist met zilveren munten. Toen begreep de soldaat de betekenis van de tondeldoos.
Hij sloeg voor de derde keer vuur en daar verscheen de derde hond. Maar die was zo groot, dat hij buiten moest blijven. Met zijn ogen zo groot als wagenwielen keek hij naar binnen. "Jullie hebben me weer rijk gemaakt," zei de soldaat tegen de drie honden. "Maar kunnen jullie me ook gelukkig maken? Ik zou zo graag een keer de mooie prinses zien!"
De grootste hond rende weg en hij kwam terug met de slapende prinses op zijn rug. "Ze is nog mooier dan ik dacht," zuchtte de soldaat en hij kuste de prinses zachtjes op haar wang. Toen bracht de grote hond de prinses weer terug naar het paleis. De volgende ochtend zei de prinses tegen de koning en de koningin: "Ik heb toch zo'n mooie droom gehad. Ik droomde dat ik op de rug van een grote hond door de stad reed... en dat ik gekust werd door een soldaat."
"Een soldaat!" riep de koning. "Een soldaat!" zei de koningin bijna huilend. "Laten we hopen dat het maar een droom is geweest." Toch was de koningin niet gerust. "Morgen zullen we weten of het een droom was of niet," zei ze. De koningin vulde een tasje met meel. 's Avonds toen iedereen sliep, bond ze dat tasje rond het middel van de prinses. Die nacht kwam de grote hond de prinses weer halen.
De volgende dag hoefden de koning en de koningin alleen het spoor van het meel te volgen om de soldaat te vinden. "Omdat je mijn dochter hebt ontvoerd," zei de koning, „zul je morgenochtend sterven." En hij liet de soldaat opsluiten in de gevangenis. De zon ging op. Alle mensen uit de stad kwamen kijken naar de soldaat die opgehangen zou worden. Net voordat het touw om zijn nek werd gelegd, vroeg de soldaat aan de koning: "Mag ik nog een pijp roken voordat ik sterf". De koning vond het goed. De soldaat haalde zijn tondeldoos uit zijn zak en streek drie keer langs het vuursteentje. "Red me, trouwe honden, red me!" riep hij.
Iedereen keek heel verbaasd toen er opeens drie grote honden naast de soldaat stonden. Eén hond had ogen zo groot als theeschoteltjes, de tweede hond had ogen zo groot als soepborden en de derde hond had ogen zo groot als wagenwielen. De koning en koningin schrokken zo, dat ze heel hard wegrenden. Toen begonnen de mensen te roepen: "De soldaat moet onze koning worden en de prinses onze koningin! De waarzegster heeft het zo voorspeld." De volgende dag trouwden de soldaat en de mooie prinses. Natuurlijk werden de drie honden uitgenodigd. En toen ze als eersten van de heerlijke bruiloftstaart mochten proeven. werden hun ogen nog groter dan ze al waren."
Je moet ingelogd zijn om een reactie te mogen plaatsen. Klik hier om in te loggen.
Reacties
Er zijn nog geen reacties geplaatst.